Leerdoelen

Na verwerking van deze module:
- kun je uitleggen wat een computerprogramma is;
- kun je uitleggen wat een algoritme is;
- kun je uitleggen wat het verschil is tussen broncode en machinecode;
- kun je uitleggen wat de functie van een compiler is;
- kun je het verschil uitleggen tussen een aantal belangrijke basisstructuren voor het beschrijven van algoritmen (opeenvolging, keuze en herhaling);
- kun je eenvoudig visueel programmeren in Java;
- weet je welke regels er worden toegepast bij het geven van namen in Java;
- weet je wat reserved words zijn;
- kun je verschillende typen variabelen uit Java herkennen en gebruiken;
- kun je uitleggen wat het verschil is tussen de declaratie en initialisatie van een variabele;
- weet je wat een toekenning (assignment) is;
- kun je het verschil uitleggen tussen een statement (opdracht) en een samengesteld statement;
- kun je een aantal voorbeelden van herhaling en keuze in Java beschrijven;
- kun je het verschil tussen primitief type en referentietype aangeven;
- kun je de begrippen klasse, object en methode uitleggen en gebruiken;
- kun je de regels voor conversie toepassen;
- kun je een aantal methoden uit Java gebruiken;
- weet je wat het verschil is tussen een lokale variabele en instance variabelen;
- kun je de klasse String toepassen bij het programmeren van applets.