Enkele jaren voordat Julius Caesar in 100 v. Chr. werd geboren, maakten de Romeinen voor het eerst kennis met de Germanen. Germaanse stammen in Noordwest-Europa spraken een verwante taal.
De eerste serieuze veldslagen vonden plaats met Cimbren en Teutonen langs de grenzen van het toenmalige Romeinse grondgebied in Noord-Italiƫ en Zuid-Frankrijk.
Nadat Caesar het Keltische Galliƫ had veroverd zagen de Romeinen de rivier de Elbe als ideale natuurlijke grens. Zij stuitten echter opnieuw op de Germanen.
Na de slag in het Teutoburgerwoud, waar de Romeinse legioenen van Varus in het jaar 9 n.Chr. een verpletterende nederlaag leden, vormden de rivieren de Rijn en de Donau de grens tussen het Romeinse Rijk en het Germaans territorium.