In de natuur is bijna geen zuiver water te vinden. Vooral in het oppervlaktewater, maar ook in het water in wolken en het grondwater zitten allerlei andere stoffen opgelost.
Zout water is water waar zout in opgelost is. In zout water zit meer zout dan een mens kan verwerken als hij het drinkt, want zout zuigt vocht op. Als je zout water drinkt, krijg je alleen maar meer dorst en bij het drinken van grote hoeveelheden kan er vergiftiging optreden en droogt je lichaam uit.
Zoet water is wel drinkbaar. Maar zoet water in meren, oppervlaktewater en grondwater is vaak zo vervuild dat het zonder zuivering gevaarlijk is om te drinken.
Brak water vind je op plaatsen waar zoet water en zout water in elkaar overvloeien. Zeewater en zoet water kunnen bijvoorbeeld vermengen door de getijdenbeweging: zeewater dringt de rivierarm binnen en mengt zich met het zoete rivierwater. Ook kan zout water als kwelwater onder duinen of dijken in een polder aan de oppervlakte komen en zich mengen met binnendijks zoet water.