Opgaven

1H03.4 Opgaven .........................................................................................................

Som- en verschilgrafiek

 

In een dorp is een aantal jaar het aantal mannen en vrouwen geteld.
De aantallen staan in een tabel:

jaar 2005 2006 2007 2008
mannen 1000 1100 1200 1300
vrouwen 800 1000 1000 1100
totaal 1800      

 

 

 

 

In de figuur hiernaast is een begin gemaakt met de grafieken die het aantal mannen en het aantal vrouwen weergeven.

Deze figuur staat ook in je werkboek*

  1. Maak de twee grafieken af.
    Vul ook de legenda in.

                 

                                                 

  1. Je kunt het aantal mannen en vrouwen ieder jaar bij elkaar optellen.
    Je krijgt dan het totaal aantal inwoners van het dorp.
    Vul de totalen in de tabel in.
  2. Teken nu de somgrafiek: de grafiek van het totaal aantal inwoners van het dorp.
  3. Hoeveel inwoners had dit dorp in het totaal in 2008?

 

Inwoners

 

Een dorp heeft een aantal jaar bijgehouden hoeveel mensen naar het dorp zijn verhuisd (vestiging) en hoeveel mensen vanuit het dorp verhuisd zijn naar elders (vertrek).

Met de gegevens is de figuur hiernaast gemaakt.

 

  1. Hoeveel mensen hebben zich in 2005 gevestigd in dit dorp?
  2. Hoeveel mensen zijn in 2005 vertrokken uit het dorp?
  3. Met hoeveel mensen is het aantal inwoners van het dorp in 2005 door verhuizingen toegenomen?
  4. Reken ook uit met hoeveel mensen het aantal inwoners van het dorp in 2006, 2007 en 2008 is veranderd.
  5. Teken met behulp van de gegevens de verschilgrafiek.

 

Inwonertallen

 

Op een eiland zijn twee dorpjes: dorp A en dorp B.
Van beide dorpjes is een aantal jaar het aantal inwoners geteld:

Jaar 2005 2006 2007 2008
Dorp A 1500 1500 1400 1350
Dorp B 1200 1300 1400 1500
SOM 2700      
VERSCHIL 300      

 

  1. Maak in je werkboek de tabel compleet door de onderste twee rijen verder in te vullen.
  2. Wat stelt de som in dit geval voor?
  3. En wat stelt het verschil voor?

 

Klussen

 

Frits en Jolanda doen vier weken klusjes.
Het geld dat ze verdienen is voor een goed doel. In de grafiek hiernaast zie je hoeveel ze verdienen.

 

  1. Hoeveel hebben Frits en Jolanda samen de eerste week verdiend?
  2. Teken de somgrafiek.
  3. In welke week hebben ze samen € 35,- verdiend?
  4. Hoeveel hebben Frits en Jolanda in deze vier weken in het totaal verdiend?