De Eerste Wereldoorlog (1914-1918)

Paragraaf 1:

Begrippen:

a. Militarisme
b. Nationalisme
c. Modern imperialisme
d. industrialisatie
e. wapenwedloop
f. bondgenootschappen

 

Leerdoelen:

1. Ik kan zeven oorzaken van de Eerste Wereldoorlog beschrijven.
2. Ik kan de twee bondgenootschappen opnoemen, met de belangrijkste landen.
3. Ik kan de aanleiding van de Eerste Wereldoorlog beschrijven.

 

Paragraaf 2:

Begrippen:

g. Loopgraven
i. Tweefrontenoorlog
j. Neutraal
 
Leerdoelen:
4. Ik kan het verloop van de Eerste Wereldoorlog beschrijven aan de hand van enthousiasme, vrijwilligers, het Von Schlieffenplan en Loopgravenoorlog.
5. Ik kan vijf wapens opnoemen die werden gebruikt tijdens de Eerste Wereldoorlog.

 

Paragraaf 3:

Begrippen:

k. Totale oorlog
l. Propaganda
m. Censuur
 

Leerdoelen:

6. Ik kan zes kenmerken van de Eerste Wereldoorlog omschrijven.
7. Ik kan het gevolg omschrijven voor het dagelijks leven van de vrouw door de Eerste Wereldoorlog.
8. Ik kan de afloop van de Eerste Wereldoorlog beschrijven.

 

Paragraaf 4:

Begrippen:

n. Mobilisatie
o. distributie
p. dodendraad
 
Leerdoelen:
9. Ik kan zeven ontwikkelingen in Nederland tijdens de Eerste Wereldoorlog herkennen en omschrijven.
10. Ik kan twee ontwikkelingen in de Nederlandse staatsinrichting herkennen en beschrijven tijdens de Eerste Wereldoorlog.

 

Overall:

11. Ik kan staatkundige kaarten van Europa aan de bijbehorende periode herkennen.

Personen:

I. Frans Ferdinand
II. Gavrilo Principe
III. Troelstra

Jaartallen