1.
Maak van de studieactiviteiten op bladzijde 282/283 vragen nummer 1 en 2.
2.
Zet de verschillende infecties in een duidelijk schema:
Urethritis | Cystitis | Pyelitis en pyelonefritis | Prostatitis | |
---|---|---|---|---|
Wat is ontstoken/geinfecteerd |
||||
Waardoor ontstaat het meestal |
||||
Wat zijn de belangrijkste verschijnselen |
||||
Wat kan je eraan doen | ||||
Wat zijn de mogelijke gevolgen / risico's |
3.
Zet de belangrijkste verschillen tussen acute en chronische retentie op een rij.
4.
Maak een duidelijk schema (mag een tabel, een mindmap of iets anders zijn) waarin je de verschillen tussen de diverse vormen van incontinentie (19.3) duidelijk maakt. Gebruik zonodig internet om het helder te krijgen!
5.
Probeer met behulp van onderstaande video en hoofdstuk 20.5.4 duidelijk op papier te zetten hoe je continent wordt en hoe mictie plaats vindt
Gert Holstege van het UMCG legt de relatie tussen continentie en je hersenen duidelijk uit. https://www.youtube.com/watch?v=VyZgDqCBaTQ