Toelichting onderzoeks cyclus

Wat zijn de stappen van onderzoekend leren en hoe komen deze terug?
Volgens de onderzoekscyclus van Windesheim komen de volgende stappen naar voren:

Confrontatie
In deze stap vragen de leerlingen zich dingen af en verwonderen de leerlingen zich over bepaalde onderwerpen. In dit geval worden de leerlingen geconfronteerd met het laten groeien van een gewas. Iets wat bij de belevingswereld van kinderen aansluit en waar ze zich zeker dingen over afvragen op deze leeftijd.

Verkennen
Bij het verkennen stellen de leerlingen een onderzoeksvraag op en rommelen ze aan met materialen. De onderzoeksvraag die de leerlingen in dit geval mee krijgen is: Hoe groeit een plant? Hoe maakt een boer zijn groentes?
Vervolgens krijgen de leerlingen de kans om alle materialen te bekijken en uit te vogelen hoe ze hiermee aan het werk moeten.

Opzetten experiment
Aangezien dit een webquest is, is het experiment al voor de leerlingen bedacht, namelijk het kweken van een groentesoort. Nu is het aan de leerlingen om het experiment te plannen. Op de basisschool werken de leerlingen met kleuren (maandag is de rode dag, dinsdag de paarse dag, etc.) Samen met de leerlingen wordt er een plan opgezet. De leerkracht vraagt wat een leerling moet doen om de plant te verzorgen. De leerling antwoord bijvoorbeeld: Water geven. Vervolgens vraag je: Op welke dag ga je dit doen? Antwoord: De paarse dag. Op deze manier maakt een leerling op basisniveau zijn eigen plan voor het experiment.

Uitvoeren experiment
De leerlingen voeren het experiment uit. De leerkracht organiseert kringgesprekken waarin de leerlingen elkaar vertellen wat er met hun groente gebeurt is.

Concluderen
De leerlingen hebben het experiment uitgevoerd. Ze kunnen nu benoemen wat er gebeurt is met de groente (niet de fasen benoemen, maar kunnen wel vertellen wat er is gebeurt) en kunnen concluderen of hun groente eetbaar was of niet.

Communiceren
De leerlingen vergelijken de uitkomsten met elkaar, wederom in de kring. Welke groente zijn goed gelukt? Welke niet? Hoe zou dit kunnen komen? etc.

Verdiepen
Bij het communiceren worden er vraagstukken naar voren geroepen. Hoe kan het dat mijn groente niet gelukt is? Waarom zijn alle groene groentes wel gelukt, maar de rode niet? Het is aan de leerkracht op welke manier hier aandacht aan besteet wordt. Je zou nog een experiment uit kunnen voeren, video's op kleuter niveau aan kunnen bieden of hier een verhaal over voor kunnen lezen.