Activiteit: Benoemen van wiskundig denken dat wordt uitgelokt door opdrachten
De volgende bladen kunnen op (ten minste) twee manieren worden gebruikt:
In een speeddate werkvorm:
1) 5 rondes van 10 minuten, waarbij iedere student z'n eigen "route" krijgt en idealiter iedere ronde in een andere samenstelling van 4 studenten werkt; op de tafels (genummerd A tm ....) grote posters die al in 5 vakken verdeeld zijn, voor ronde 1 tm 5. Als die aan het eind naast elkaar gehangen worden heb je direct overzicht over de resultaten van de verschillende rondes.
2) iedere ronde (laat een signaal gaan na 10 minuten, voor de wissel) krijgt ieder groepje hetzelfde materiaal. De opdracht in iedere ronde luidt:
MAAK EN BESPREEK: waar zitten de verschillen tussen de "schoolboek-opdracht" en de "wiskundig denken-opdracht".
SCHRIJF OP DE POSTER: tot welk soort denken zet de "wiskundig denken"-opdracht aan? (Gebruik hierbij woorden die verbonden zijn aan wiskundig denken, zoals redeneren, modelleren, etc.)
ALS JE NOG TIJD HEBT: wees creatief: hoe zou je de "wiskundig denken"-opdracht nog kunnen aanpassen om ander/meer wiskundig denken te stimuleren?
3) Daarna volgt een klassikale bespreking van de inzichten op de posters.
Door de opgaven te verdelen en de studenten te vragen om deze thuis te bestuderen en bevindingen op een padlet te plaatsen. Deze padlet wordt dan in de les besproken.