1. Beginsituatie vaststellen
Hierin kijk je naar de context waarbinnen je werkt. Het maakt uit in wat voor instelling je werkt binnen SCW. Je kijkt naar de financiƫle kaders, bestaande doelgroep en nieuwe doelgroep als je de beginsituatie wil vaststellen. Met wie werk je eigenlijk en wat heb je aan geld te besteden?
2. Probleem of specifieke vraag formuleren
Informatie ordenen, analyseren en formuleren van vraag
.
3. Doel formuleren
Als je weet wat precies het probleem of de vraag is, kun je een concreet doel gaan formuleren. Het probleem is als het ware de beginsituatie en het behalen van het doel is eindsituatie. Het SMART formuleren van doelen maakt het concreet.
4. Een plan maken en uitvoeren
Het is belangrijk om evaluatiepunten en momenten in te plannen in een plan. Vlak na start, tussen en eindevaluatie is gewenst.
5. Acties en activiteiten evalueren en bijstellen
Het vaststellen en beoordelen van acties en activiteiten om op basis van dat oordeel conclusies voor het vervolgtraject te kunnen trekken. Hierbij heb je een productevaluatie (beoordeling resultaat) en procesevaluatie (beoordeling van manier waarop)