Jaartallen: 1950 tot ...
Kenmerkende aspecten:
De dekolonisatie maakte een eind aan de Europese macht in de wereld
Eeuwen lang waren de Europeanen de baas over de rest van de wereld. Na de Tweede Wereldoorlog kwam hier een einde aan. Koloniën kregen hun vrijheid en er kwam dekolonisatie. In India streed Gandhi voor deze vrijheid op een hele bijzondere manier.
De verdeling van de wereld in twee blokken
Na de Tweede Wereldoorlog kwam er een nieuwe strijd. Deze strijd ging tussen twee ideeën van hoe de wereld ingericht moesten worden. Het idee van de Amerikanen met het kapitalisme, of het idee van de Sovjet-Unie met het communisme. Om te laten zien welk van de twee het sterkste was ontstond er een wapenwedloop. Een wedstrijd om wie de grootste en sterkste wapens had. Deze wapens waren atoomwapens en levensgevaarlijk. Gelukkig hebben de twee nooit echt gevochten met elkaar en zijn deze atoomwapens nooit gebruikt. Deze wapens en de hoeveelheid wapens waren namelijk zo sterk dat zij daarmee de aarde en alles wat er op de aarde leeft konden vernietigen.
De toenemende welvaart die vanaf de jaren zestig
Na de Tweede Wereldoorlog moest Europa hersteld worden, dit ging vrij snel. Vanaf de jaren zestig waren de meeste landen hersteld en ging het eigenlijk zo goed dat heel veel land rijk waren. Ook de mensen werden rijk en gingen leuke spullen kopen zoals een auto en een tv. Hierdoor konden zij ook kennis maken met andere ideeën. Men zag en hoorde niet alleen meer wat er in hun dorpje gebeurde maar ook in andere dorpen of in de grote stad of in een ander land. Dit zorgde ervoor dat mensen trends oppikten en makkelijker van gedachten konden veranderen.
De eenwording van Europa
In Europa wilde men na de Tweede Wereldoorlog geen oorlog meer. Om deze vrede te bewaren en om elkaar in de gaten te houden ging zij daarom samenwerken. In het begin werkte zij alleen nog samen op het gebied van handel in producten, maar deze samenwerking werd steeds groter en kennen wij vandaag de dag als de Europese Unie.
De ontwikkeling van een multiculturele samenlevingen
Sommige mensen die in de koloniën leefde wilde helemaal niet vrij worden van hun kolonie en kwamen tijdens de dekolonisatie naar Europa. Zo ook in Nederland. Nederland heeft Indonesië en Suriname als kolonie gehad. Daardoor wonen er nu veel Indonesiërs en Surinamers in Nederland. Ook wonen er veel Turken en Marokkanen in Nederland. Dit komt door een andere reden. In de jaren zestig ging het zo goed in Nederland dat er werk over was. In Turkije en Marokko was er weinig werk. Nederland nodigde daarom deze mensen uit om tijdelijk in Nederland te komen werken. Zij zouden dan na verloop van tijd weer terug gaan, alleen dit is niet gebeurt. Deze Turken en Marokkanen zagen hoe goed het was in Nederland en haalde hun hele gezin naar Nederland.
Deze twee redenen zijn waarom wij Nederland een multiculturele samenleving noemen: een land met daarin meerdere culturen.
Opdracht 1:
Het is de bedoeling dat je aan het einde van dit hoofdstuk alle kenmerkende aspecten kunt uitleggen. Bij deze opdracht ga jij op een persoonlijke manier oefenen met de kenmerkende aspecten van dit tijdvak. Dit doe je aan de hand van het schema die bij deze opdracht staat. Kopieer en plak het schema in je Word-document.
Hoe doe je dit?
Bekijk opdracht 1 van tijdvak 1
Kenmerkende aspect: | Plaatje: | Uitleg: |
De dekolonisatie maakte een eind aan de Europese macht in de wereld |
||
De verdeling van de wereld in twee blokken |
||
De toenemende welvaart die vanaf de jaren zestig |
||
De eenwording van Europa |
||
De ontwikkeling van een multiculturele samenlevingen |
1. Zoek bij het kenmerkende aspecten een plaatje via google.
2. In het laatste vakje achter het kenmerkende aspect (het vakje van "uitleg" noteer je maximaal vijf woorden waaraan je het kenmerkende aspect kunt herkennen).
3. Doe dit bij alle kenmerkende aspecten.
Opdracht 2:
In dit tijdvak staan één of meer personen. Over een persoon ga je een soort paspoort maken. Dit doe je aan de hand van het schema die bij deze opdracht staat. Kopieer en plak het schema in je Word-document.
Hoe doe je dit?
Bekijk opdracht 2 van tijdvak 1.
Voor het invullen van het schema mag je natuurlijk ook google gebruiken. Vergeet je Word-document niet op te slaan als je klaar bent.
Naam |
|
Geboortedatum |
|
Sterfdatum |
|
Land van herkomst |
|
Beroep |
|
Afbeelding |
|
Opdracht 3:
Maak een tijdlijn!
Hoe doe je dit?
d. Voeg een gebeurtenis naar keuze toe in een van de vierkantjes, let wel goed op dat je deze op de juiste plek zet. De vierkantjes kan je verplaatsen.
e. Voeg ook je persoon van opdracht 2 toe, plak er ook een plaatje bij. Zet deze wel op de juiste plek in de tijdlijn.
f. Lever je tijdlijn in via de ELO.