23. Vervoer / Faalangst

Vervoer vmbo

Thema: Vervoer   vmbo-b34  Thema: Vervoer  vmbo-kgt34
Grammatica: Woordsoorten vmbo b34 

Je kunt de volgende woordsoorten onderscheiden en benoemen:

  • het werkwoord,
  • het lidwoord,
  • het zelfstandig naamwoord,
  • de voornaamwoorden.
Grammatica - Woordsoorten vmbo-kgt34 

Je kunt de volgende woordsoorten onderscheiden en benoemen:

  • het werkwoord,
  • het lidwoord,
  • het zelfstandig naamwoord,
  • de voornaamwoorden.
Spelling: Afkortingen vmbo b34
Je weet op welke manieren afkortingen worden gemaakt.
Je kent een aantal afkortingen uit je hoofd.
Je kunt de betekenis opzoeken van afkortingen die je niet kent.
Spelling: afkortingen vmbo-kgt34 

Je weet op welke manieren afkortingen worden gemaakt.
Je kent een aantal afkortingen uit je hoofd.
Je kunt de betekenis opzoeken van afkortingen die je niet kent.

Schrijven: Activerende tekst vmbo b34
Je weet wat een activerende tekst is.
Je kunt verschillende vormen van een activerende tekst herkennen.
Je kunt een affiche maken.
Schrijven - Activerende tekst vmbo-kgt34 

Je weet wat een activerende tekst is.
Je kunt verschillende vormen van een activerende tekst herkennen.
Je kunt een affiche maken.

Spreken: Jezelf presenteren vmbo b34 
Je weet hoe je jezelf moet presenteren. 
Je weet wat jouw kwaliteiten zijn.
Je weet wat je minder goed kan.
Je kunt een sollicitatiegesprek voeren.
Spreken: jezelf presenteren  vmbo-kgt34 

Je weet hoe je jezelf moet presenteren. 
Je weet wat jouw kwaliteiten zijn.
Je weet wat je minder goed kan.
Je kunt een sollicitatiegesprek voeren.

Faalangst havo en vwo

Thema: Faalangst h3 Thema: Faalangst  v3
Spreken - Spreekbeurt h3 
Je weet hoe je een spreekbeurt voorbereidt
​Je weet hoe je je publiek kunt boeien
Spreken - Spreekbeurt  v3 
Je weet hoe je een spreekbeurt voorbereidt
Je weet hoe je je publiek kunt boeien
Grammatica - Woordsoorten h3 
Je herhaalt de volgende woordsoorten:
  • werkwoorden
  • zelfstandige en bijvoeglijke naamwoorden en de lidwoorden
  • telwoorden
  • voorzetsels, bijwoorden en voegwoorden
  • voornaamwoorden
Grammatica - Woordsoorten  v3 
Je herhaalt de volgende woordsoorten:
  • werkwoorden
  • zelfstandige en bijvoeglijke naamwoorden en de lidwoorden
  • telwoorden
  • voorzetsels, bijwoorden en voegwoorden
  • voornaamwoorden
Spelling - Tussenletter h3 
Je weet wat samenstellingen zijn.
Je weet dat je om een samenstelling te maken soms een tussenletter moet toevoegen.
Je weet dat je soms een '-s-', soms een '-n-' en soms '-en-' gebruikt als tussenletter(s).
Spelling - Tussenletter  v3 

Je weet wat samenstellingen zijn.
Je weet dat je om een samenstelling te maken soms een tussenletter moet toevoegen.
Je weet dat je soms een '-s-', soms een '-n-' en soms '-en-' gebruikt als tussenletter(s).

Fictie - Spanning h3 
Je weet hoe een schrijver voor spanning zorgt.
Je weet meer over de personages in verhalen.
Je weet wat een type, een karakter en een (anti-)held is.
Je weet wat identificatie is.
Fictie - Spanning v3 

Je weet hoe een schrijver voor spanning zorgt.
Je weet meer over de personages in verhalen.
Je weet wat een type, een karakter en een (anti-)held is.
Je weet wat identificatie is.