Onze leeractiviteiten moeten wat ons betreft aansluiten op het competentiemodel mediawijsheid van kennisnet, het raamwerk mediageletterdheid van het SLO en RTTI.
Het competentiemodel mediawijsheid van kennisnet[1] onderscheidt vier fases:
Een passieve fase waarin de leerling inzicht krijgt in de werking van bestaande dingen
Een actieve fase waarin de leerling zelf ermee aan de slag gaat en de mogelijkheden verkent
Een interactieve fase waarin de leerling bestaande content met eigen (of gezamenlijk) geproduceerd materiaal samenvoegt en met anderen deelt.
Een effectieve fase waarin de leerling reflecteert en een abstract doel verwezenlijkt.
Het SLO[2] bekijkt mediageletterdheid iets analytischer, waarbij de leerling achtereenvolgens:
De betekenis , bedoeling en het gebruik verkent van verschillende media-uitingen
Nagaat en nadenkt over wat het effect ervan op zichzelf is of kan zijn
Nagaat en nadenkt over wat het effect ervan op anderen is of kan zijn
Komt tot moreel-ethische uitspraken en stelt richtlijnen op. Vragen waar de leerling hier mee bezig is, zijn: wat kan wel en wat kan niet? Waar ligt de grens?
Wij zien hier een link in met RTTI:
De passieve fase of de betekenisfase vertoont overeenstemming met reproductie.
De actieve fase of nagaan wat het effect op jezelf is, vertoont analogie met het toepassen in herkenbare context.
De interactieve fase of nagaan wat het effect op anderen is, lijkt op het toepassen in een nieuwe context.
Bij de effectieve fase en het nadenken over moreel-ethisch handelen wordt wat er geleerd is geïntegreerd en moet de leerling redeneren om tot nieuwe inzichten te komen. Dit komt overeen met het aspect inzicht.
Wat wij op basis van bovenstaande voor ons zien, is een iteratief model waarin de leerling steeds korte cycli (2 tot 4 weken) doorloopt van verkennen, proberen, uitvoeren en reflecteren. Hiermee bereiken we het volgende:
De leerling is actief aan het werk: leren door te doen.
De leerling heeft snel een tastbaar resultaat. Dit werkt motivatieverhogend.
De leerling ervaart afwisseling.
We komen sneller toe aan reflectiestappen waardoor we dit beter trainen.
We kunnen meer onderdelen met elkaar integreren, zodat de alle kennis en vaardigheid effectief wordt geraakt.
Dit iteratief model bereiken we door meerdere kortere opdrachten in snel tempo achter elkaar uit te voeren. De opdrachten zijn vaak wel een vervolg op elkaar.