Voor letters met accenten en trema's, zoals é, ï, ó, moet je eerst een ander teken typen.
een ö: type eerst een " (met hoofdlettertoets) en dan de o.
een é: type eerst een ' (zonder hoofdlettertoets) en dan de e.
een ò: type eerst een ` (links naast de 1) en dan de o.
een î: type eerst een ^ (hoofdlettertoets 6) en dan de i.
een Ç: type eerst een ' en dan de hoofdletter C.
Speciale teken kan je ook krijgen door gebruik te maken van de alt-gr toets: voor een € gebruik je de toets alt gr tegelijk met de 5.
Probeer de alt gr toets maar eens uit met andere toetsen van het toetsenbord.
Opdracht
Open in een nieuw document (vanuit OneDrive\Word-bestanden); geef het bestand de naam Word 1-4.
Dit kan je doen door in de titelbalk de naam Document 1 aan te klikken: type hier Word 1-4.
Type onderstaande tekst in.
Dit bestand is nu meteen opgeslagen in de map Word-bestanden onder de naam Word 1-4.
Sluit Word online af en controleer of het bestand inderdaad in OneDrive/Word-bestanden staat.