Ontwikkelingshulp: wie?

De civiele samenleving, ngo's en de staat doen allemaal aan ontwikkelingshulp. Maar wat betekent dat precies? Hieronder vind je de definities die Dimensie 3, het magazine van de Belgische ontwikkelingssamenwerking, vermeldt in zijn nummer van maart - april 2012 (p. 17). 

De civiele samenleving omvat alle organisaties waarin mensen zich verenigen om een gemeenschappelijk belang na te streven in de samenleving. Ze doen dat onafhankelijk van de staat en zonder de bedoeling om winst te maken. Daartoe behoren niet alleen de meer klassieke niet-gouvernementele organisaties (zie de definitie hieronder), maar ook vakbonden, godsdienstige, sociale en culturele verenigingen, beroepsverenigingen, politieke groeperingen, ...

De Belgische Ontwikkelingssamenwerking geeft jaarlijk 2,9 miljoen euro aan Belgische vakbonden: het ABVV, het ACV en het liberale ACLVB. Dat geld is vooral bedoeld om de vakbonden in ontwikkelingslanden te ondersteunen.

Een niet-gouvernementele organisatie, vaak afgekort tot ngo, is een private organisatie die ontstaan is op vrijwillige basis, onafhankelijk van de staat en zonder de bedoeling om winst te maken. Ze komt op voor het welzijn van bepaalde bevolkingsgroepen of voor de samenleving in zijn geheel. De motivatie is vaak de verontwaardiging over onrecht. Voorbeelden zijn Artsen Zonder Grenzen, Amnesty International, ... Ngo's die zich inzetten in ons eigen land zijn bijvoorbeeld de voedselbanken, Spullenhulp, ...