De eerste les schrijf je een recept voor groentesoep. In de theorie vind je informatie over hoe dat recept eruit moet zien. Je leest er uit welke vaktaalwoorden je kunt kiezen om in je recept te gebruiken. Ook zie je voorbeelden van zinnen in de gebiedende wijs.
Als je je recept hebt geschreven, controleer je op spelling en lees je je tekst nog een keer zorgvuldig door. Geen stappen overgeslagen? Niets vergeten? Dan ben je klaar.
De tweede les nemen we de proef op de som: is je recept echt duidelijk? Iemand anders gaat met jouw recept de groentesoep proberen te maken. Hopelijk ben je niet vergeten op te schrijven dat de groente gesneden moet worden!
Jij maakt dan de soep met het recept van iemand anders. Aan het eind geven jullie elkaar feedback. Wat kan er beter?
Natuurlijk nemen we ook de tijd om elkaars soep te proeven, ook daar doe je weer goede ideeën van op!