![]() |
Waterverdeling |
Zout water Water waarin zout is opgelost. In zout water zit meer zout dan mensen aankunnen: zout zuigt vocht op. |
Zoet water Water dat wel drinkbaar is. Toch is zoet water in meren, oppervlakten en grondwater vaak wel vervuild. |
Brak water Dit vind je op plaatsen waar zoet water en zout water in elkaar overvloeien. |
Kwelwater Water dat onder de dijk door sijpelt en terug de polder in loopt. |
Aquifer Een aquifer is een laag met water tussen twee andere lagen onder de grond, een natuurlijk ondergronds waterreservoir. |
Fossiel water Het water in oude aquifers heet fossiel water. |
Oase Een oase is een plek in de woestijn waar grondwater aan de oppervlakte komt. |
Drinkwaterbedrijf Een bedrijf dat ervoor zorgt dat grondwater gezuiverd wordt tot drinkbaar kraanwater. |
Waterschappen Een waterschap zorgt voor het waterbeheer in een bepaald gebied. Het is een overheidsorganisatie. |
Normaal Amsterdams Peil (NAP) Om te controleren of de dijken nog hoog genoeg zijn, worden de waterhoogte en hoogte van het land regelmatig gemeten. Deze hoogten worden vergeleken met het niveau, het Normaal Amsterdams Peil (NAP). |
Peilmerken Meetmerken waarmee het NAP inzichtelijk gemaakt wordt. |
Wadden Delen van de Waddenzee die bij laag water droog vallen. Een wad is een modder- of zandplaat die in een ondiepe zee is ontstaan. |
Getijde De op- en neergaande beweging van de zee. Deze beweging wordt veroorzaakt door de aantrekkingskracht van de maan. De gemiddelde duur van een getijde is iets meer dan 12 uur. |
Eb De periode tussen hoogwater en laagwater. |
Vloed De periode tussen laagwater en hoogwater. |
Stormvloed Het opstuwen van zeewater door stormwinden. |
Springtij Is de periode van het getij waarin het verschil tussen hoog- en laagwater het grootst is. Springtij treedt eens in de ongeveer 14 dagen op. |