Wat kan ik straks?
Aan het eind van deze opdracht kun je:
- de vijf typen woonmilieus opnoemen met de bijbehorende kenmerken;
- omschrijven (met een voorbeeld) dat er in een stad verschillende woongebieden zijn;
- duidelijk maken waarom het voor een dorp belangrijk is dat er bepaalde voorzieningen blijven;
- omschrijven wat wordt bedoeld met een verzorgingsgebied van een voorziening;
- toelichten welke voordelen het voor oudere mensen heeft om aan een meergeneratiewonen-project mee te doen;
- uitleggen wat wordt bedoeld met de participatiemaatschappij en de zorg voor ouderen.