Gesundheit: Übung 1

Wenn jemand krank ist, freut er sich bestimmt über eine Karte von dir.
Und wenn du selbst deine Freundin / deinen Freund eine Weile nicht sehen kannst, weil du krank im Bett liegst, kannst du über die Mail oder andere sozialen Medien Kontakt halten und berichten, wie es dir geht.
Das übst du in den folgenden Aufgaben.
 

Wiederholung
Wiederhole zuerst den Wortschatz und die Grammatik.

 

Übung 1: Wunsch
Deine deutsche Freundin / dein deutscher Freund vom Campingplatz in den Sommerferien ist schon eine Weile krank. Du schickst ihr / ihm eine Karte.

  1. Schrijf een passende aanhef.
  2. Vraag hoe het met haar / hem gaat.
  3. Vraag of zij / hij nog steeds koorts heeft.
  4. Vraag of de hoest en de neusverkoudheid al beter zijn.
  5. Schrijf dat er in jouw klas ook veel leerlingen griep hebben.
  6. Schrijf dat jij gelukkig helemaal gezond bent.
  7. Wens haar / hem beterschap.
  8. Sluit op een passende manier af.
  9. Zoek op het internet een passend plaatje bij jouw tekst.
  10. Sla alles op, print het eventueel uit en laat het aan je docent zien.