Activiteit 10 - Nader onderzoek

Nader onderzoek
De Amerikaan L.O. Spears heeft in 1981 ook experimenten gedaan met oplossingen van blauwbaliet in 2-propanol, waaraan water werd toegevoegd.
Hij had een apparaat (een zogenoemde colorimeter) waarmee hij de concentraties van robalaat en blauwbaliet in iedere oplossing kon bepalen. Spears had 5 buisjes met in elk 5 ml van een blauwbalietoplossing.
Hij voegde aan ieder buisje een beetje water toe (steeds een andere hoeveelheid) en bepaalde de concentraties enige tijd na het toevoegen, op een moment dat de kleur van de oplossing niet meer veranderde. Hieronder volgen enkele meetresultaten van Spears:


Nr. buisje Hoeveelheid toegevoegd water in ml Kleur van de oplossing Verhouding van de concentraties blauwbaliet : robalaat
1 0,3 Blauw 25 : 75
2 0,4 Paars 15 : 85
3 0,5 Roze 12 : 88
4 1,0 Roze 4 : 96
5 2,0 Roze 2 : 98


Ga m.b.v. deze tabel na of de volgende beweringen wel of niet juist zijn. Motiveer jullie antwoorden!


Beweringen: 

  1. In een blauw gekleurde oplossing zit meer blauwbaliet dan robalaat.
  2. Ook al is de oplossing roze, dan is nog blauwbaliet aanwezig.
  3. Aan de kleur van de oplossing kun je ongeveer zien, wat de verhouding tussen de concentraties van blauwbalict en robalaat in die oplossing is.
  4. In alle vijfde buizen zullen ook chloride ionen aanwezig zijn.
  5. Als je 10 ml water toevoegt zal de concentratie van blauwbaliet echt nul worden.
  6. Ook al voeg je nog zoveel water toe, er zal altijd een (heel) klein beetje blauwbaliet in de oplossing aanwezig blijven.
  7. Als je heel weinig water toevoegt, zal de oplossing toch steeds een beetje water blijven bevatten.