Activiteit 6 - Opdrachten

Lees voor deze vraag t/m bladzijde 5.
014 - individueel

  1. Geef in structuurformules de reactievergelijking van de hydrolyse van de tripeptide Ala-Pro-Arg. Gebruik de dipolaire notatie.
  2. Teken het peptide met de verkorte code TEK. Gebruik de dipolaire notatie.
  3. Een deel van de aminozuren is essentieel. Wat wordt bedoeld met essentiële aminozuren?
  4. Geef de afkortingen van de essentiële aminozuren (Binas).
  5. Geef de code voor de volgende tripeptide:
  6. De zijgroep van het aminozuur glutaminezuur komt in eiwitten bij fysiologische pH (=7,2) vooral in geladen vorm voor. Geef de reactievergelijking van de ionisatie van de zijgroep van glutaminezuur in waterig milieu.
  7. Toon met een berekening aan dat de zijgroep vooral in geladen vorm voorkomt. De pKz-waarde is 4,07.

Lees voor deze vraag de rest van de tekst.
015 - individueel

  1. Maak met een bouwdoos een aminozuur en vergelijk met je buren. Wat valt op?
  2. Melkzuur (2-hydroxypropaanzuur) heeft één chiraal centrum. Er zijn dus twee stereoisomeren van. Teken beide vormen en geef daarbij het chirale centrum aan.
  3. Verklaar met het tetraëdermodel van Van ’t Hoff dat er twee stoffen bestaan met de naam 1-chloorethanol.
  4. Teken cis-dichloor-cyclopropaan en haar spiegelbeeld. Kun je asymmetrische koolstofatomen onderscheiden? Is er sprake van spiegelbeeldisomerie?
  5. Teken nu trans-dichloorcyclopropaan en haar spiegelbeeld. Is hier sprake van spiegelbeeldisomerie?

Luliberine is een hormoon dat een belangrijke rol speelt tijdens de eisprong. Het is een decapeptide (deca = 10) en bevat dus 10 aminozuren waarvan twee glycines (zijgroep= H).

  1. Hoeveel asymmetrische koolstofatomen bevat de ruggengraat van dit polypeptide?
  2. Stel dat in het lichaam zowel L- als D-aminozuren aanwezig zouden zijn. Hoeveel procent van het gesynthetiseerd luliberine zou dan vermoedelijk niet functioneel zijn?