Veel paarden staan het gehele jaar door op stal en komen vaak per dag slechts korte tijd buiten. Dit is in strijd met het natuurlijk gedrag. Het paard heeft behoefte aan sociaal contact met andere paarden en aan ruimte en strooisel om aan zijn behoefte aan voergedrag te kunnen voldoen. Op veel stallen hebben paarden luchtwegproblemen. Huisvesting moet voldoen aan een groot aantal eisen die samen leiden tot een goed leefmilieu. Een ruime weide met beschutting tegen extreme weersomstandigheden is de meest natuurlijke vorm van huisvesting. Elk paard kan in principe dag en nacht buiten in de weide worden gehouden. Zolang hij maar ergens kan schuilen tegen regen, wind en zon.
Weidegang is niet altijd mogelijk, er zijn verschillende alternatieven, zoals groepshuisvesting of loopstallen. Belangrijke punten zijn frisse lucht, geen ammoniakgeur, geen scherpe of uitstekende delen, geen schotten die makkelijk splinteren en een vloer waar de paarden niet op uitgeleiden.
Vraag 1: Bij welke temperatuur voelt een paard zich comfortabel?
Vraag 2: Welke luchtvochtigheid is ideaal voor het paard?
Ventilatie is zeer belangrijk in de stal. Er moet een constante toevoer van frisse lucht zijn en afvoer van verbruikte lucht. Een paarden stal heeft vaak tralies, deze mogen niet te breed zijn.
Vraag3: Waarom mogen de tralies niet te breed zijn?
Vraag 4: Welke stalbedekking kan er beter gebruikt worden, stro of krullen en waarom denk je dat?
Wanneer de huisvesting van je paard niet tegemoet komt aan zijn natuurlijke behoeften kan hij stalondeugden ontwikkelen. Ook kan een slechte huisvesting zorgen voor ziekte.
Het paard heeft zich door de eeuwen heen steeds weer aangepast. Paarden kunnen niet altijd hun natuurlijke gedrag tonen en hebben soms niet eens de mogelijkheid om sociaal contact te hebben. Wanneer een paard zich verveelt kan hij stereotiep gedrag vertonen, een zogenaamde stal ondeugd. Stal ondeugden kunnen een vaste gewoonte worden, ook al wordt de leefsituatie verbeterd. Het paard blijft nog wel het afwijkende gedrag vertonen, het is niet vaak niet mogelijk het te genezen.
Vraag 5: Wat is stereotiep gedrag?
Vraag 6: Noem twee stalondeugden bij het paard?
Vraag 7: Hoe kunnen stal ondeugden worden voorkomen volgens jou?
Niet alle gedragsveranderingen hebben een direct negatief gevolg voor het paard. Vaak hebben vooral de eigenaren er problemen mee en willen de gedragsveranderingen oplossen of verhinderen. De stal ondeugden worden niet van elkaar overgenomen maar zijn een signaal van een welzijnsprobleem en wijzen op een slechte leefomgeving. Het is belangrijk dat het signaal serieus wordt genomen.