De elementen waarvan de atoomsoorten in één groep staan hebben vergelijkbare chemische eigenschappen. Met vergelijkbare chemische eigenschappen bedoelen we vooral een sterke overeenkomst in hun chemische reacties. En daarmee ook een overeenkomst in het soort verbindingen dat ze vormen. En daardoor ook een overeenkomst in de formules van deze verbindingen. De belangrijkste groepen zijn:
Groep 1, de alkalimetalen (alleen H wordt hier niet toe gerekend).
Het zijn 'zachte' metalen: je kunt ze met een mes snijden. Ze reageren zeer heftig met onder andere water, zie video. Vanwege de reactiviteit met zuurstof en waterdamp moeten we de alkalimetalen bewaren in petroleum of paraffineolie.
Groep 2, de aardalkalimetalen.
Ze zijn harder dan de alkalimetalen. Ze zijn ook minder reactief, maar toch nog zo, dat ze niet in zuivere vorm in de natuur voorkomen.
Groep 17, de halogenen.
Ze reageren gemakkelijk met andere elementen, met name met metalen.
Groep 18, de edelgassen.
Ze worden gekenmerkt door hun zeer geringe reactiviteit. We noemen ze inert (niet reactief).
Metalen en niet-metalen
Een heel belangrijke onderverdeling van elementen is die in metalen, zoals natrium (Na), goud (Au) en kwik (Hg), en niet-metalen, zoals waterstof (H), chloor (Cl) en zwavel (S).
Deze onderverdeling is weergegeven in het periodiek systeem en lichten we toe in het thema 'Chemische binding'. Uit het periodiek systeem valt op te maken dat het merendeel van de elementen tot de metalen wordt gerekend.