De winkelervaring is een belangrijk onderdeel van marketing. Het is immers de plek waar, en het moment waarop, producten (en diensten) verkocht worden. Daarom zijn veel elementen van de winkelervaring zorgvuldig doordacht. Meestal zijn deze kenmerken vaak erg onopvallend. Des te meer reden om even te kijken naar een aantal van deze marketingtechnieken.
Ten eerste is er veel aandacht voor de indeling van winkels. In een artikel van Brignull (2011) gaat de auteur in op een fragment waarin de indeling van onder andere IKEA ter sprake komt (Penn, 2016). Dergelijke winkels doen uitgebreid onderzoek naar hoe consumenten zich door de winkel bewegen. Dit doen ze onder andere door WiFi aan te bieden, welke vervolgens wordt gebruikt om de route te registreren die iemand door de winkel aflegt. Bluetooth kan gebruikt worden om hetzelfde doel te bereiken (Datoo, 2014). Andere winkels hebben weer mensen in dienst die mensen volgen om hun route te registreren.
Door te weten hoe mensen zich door de winkel bewegen kan de winkel optimaal ingericht worden. Zo is de IKEA er op ingericht dat mensen een vast pad afleggen door de winkel. Doordat ze vaak bochten moeten maken zien ze zo veel mogelijk, en is de kans groter dat ze veel kopen. Volgens Penn (2016) word je door de vastgestelde route als het ware geleefd, waardoor je je in bepaalde mate moet overgeven aan de winkelervaring. Als je ooit in de Ikea bent geweest weet je dan ook dat het geen half werk is. Ook de Xenos voert in Nederland overigens eenzelfde principe.
Ook interessant volgens Penn (2016) zijn de shortcuts die je bij Ikea (en Xenos) kunt nemen. Deze geven volgens hem mensen het gevoel controle te hebben over de winkelervaring, waardoor ze het leuker vinden om te winkelen. Andere, wat meer concrete, voorbeelden van bekende technieken met betrekking tot winkelindeling zijn:
1. Groenten of andere gezonde producten liggen vaak aan het begin van een winkel. Mensen zijn namelijk sneller geneigd ook ongezonde producten te kopen als ze al gezonde producten hebben uitgezocht.
2. Bij de kassa liggen vaak kleine, goedkope, producten. Deze lijken namelijk relatief goedkoop, ten opzichte van het totaalbedrag van alle producten die al in de mand of de winkelwagen liggen.
3. Producten met de hoogste winstmarge liggen vaak op ooghoogte (a-merk of huismerk producten), zodat ze meer verkocht worden. Goedkopere merken, zoals AH Basic, liggen vaak helemaal onder of boven in het schap (Sonnemans, 2014).
Brignull, H. (2011, 10 april). Alan Penn on Shop Floor Plan Design, Ikea, and Dark Patterns. Geraadpleegd op 29 december 2016, van
http://www.90percentofeverything.com/2011/04/10/alan-penn-on-shop-floor-plan-design-ikea-and-dark-patterns/
Datoo, S. (2014, 10 januari). How tracking customers in-store will soon be the norm. The Guardian, geraadpleegd op 29 december 2016, van https://www.theguardian.com/technology/datablog/2014/jan/10/how-tracking-customers-in-store-will-soon-be-the-norm
Penn, A. (2011, 11 januari). Who enjoys shopping in Ikea? [Videobestand]. Geraadpleegd op 29 december 2016, van
http://www.ucl.ac.uk/lhl/lhlpub_spring11/01-18012011
Sonnemans, J. (2014). Behavioural Economics: lecture notes [PDF document]. Retrieved from Blackboard, December 2014.