Wat kan ik straks?

Aan het eind van deze opdracht kan ik:
- de persoonsvorm tegenwoordige tijd herkennen en gebruiken;
- de persoonsvorm verleden tijd herkennen en gebruiken;
- het verschil tussen voltooid deelwoord en onvoltooid deelwoord herkennen en gebruiken;
- herkennen hoe ik Engelse werkwoorden vervoeg.