Inspiratie

Week 1:
Collage maken van factoren die van invloed zijn op (eigen) socialisatie.
(Voorkennis) klassikaal bespreken. Vanuit hier de brug slaan naar het doel van deze lessen en de koppeling met de PIT.

Week 2:
Theorie hoofdstuk 2 behandelen. Filmmateriaal: bijvoorbeeld puberruil: overeenkomsten en verschillen opschrijven. Klassikale nabespreking. Terugkoppeling eigen socialisatie.

Week 3:
Zie reflectieopdrachten hoofdstuk 2.
 

Week 4:
Werkvorm ‘normen en waarden’
Schrijf 10 waarden op kaartjes. Laat de klas in groepjes deze waarden bestuderen en ze op volgorde leggen van prioriteit. (Individueel of gezamenlijk) Nabespreking.

Week 8:
Aflevering ‘Maatschappijleer’ op uitzendinggemist.nl (15 min)
http://www.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1124908


Opdracht + nabespreking:

Beantwoord de volgende vragen naar eigen inzicht.

1.         Wat versta jij onder cultuur? 

2.         Kun je belangrijke waarden en/of normen in jouw cultuur noemen?

3.         Kun je belangrijke verschillen noemen tussen jouw cultuur en andere     
            culturen?

4.         Heb je wel eens te maken gehad met ‘botsingen’ tussen jouw cultuur en een andere cultuur?

5.         Hecht je veel waarde aan jouw culturele achtergrond? Wat vind je daar belangrijk in  
            en wat minder belangrijk?

6.         Herken je normen en waarden van jouw cultuur in je eigen opvoeding?

7.         Welke normen en waarden uit jouw cultuur wil je zeker meenemen in de opvoeding  
           van jouw kinderen?

8.         Hoe kom jij in aanraking met mensen uit andere culturen?

9.         Houd je rekening met hun cultuur?

10.       Welke normen in de Nederlandse samenleving zouden van jou wel mogen
            veranderen?

11.       En wat zou daarvoor in de plaats moeten komen?

12.      Welk cultureel aspect heeft veel invloed gehad op jouw socialisatie? Waarom?

13.      Beschrijf kort hoe jouw leven er mogelijk uit had gezien als jij in een andere tijd had              
           geleefd in een of ander land was geboren.


Week 9:
In groepjes een korte pitch (2 minuten) voorbereiden over een godsdienst. (Of evt. beeldmateriaal) Presenteren in de klas. Ieder groepje bedenkt een stelling over deze godsdienst. De stellingen worden besproken in de klas. De groepjes die de godsdienst hebben uitgewerkt zijn gespreksleider van de stellingen. (Stellingen moeten zoveel mogelijk gericht zijn op socialisatie)

Gastspreker uitnodigen

Week 10:
Filmtip: De Tweeling

Levensboek:

Criterium

Beschrijving criterium

Voldaan

Deels voldaan

Niet voldaan

 

 

 

 

 

 

Wie of wat heeft een belangrijke rol gespeeld:

 

 

 

1

Familie

 

 

 

2

Woonplaats/-omgeving

 

 

 

3

Gezondheid

 

 

 

4

Belangrijke gebeurtenissen/ ervaringen/ avonturen

 

 

 

5

Levensovertuiging

 

 

 

6

Waarden en normen

 

 

 

7

School/ stage/ werk

 

 

 

8

Hobby’s

 

 

 

9

Uitgaan/ vrije tijd

 

 

 

10

Belangrijke personen in je leven

 

 

 

11

Wensen en idealen

 

 

 

12

Ik ga uit mijn dak als/ bij ……..

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De belangrijkste kenmerken van elke ontwikkelingsfase moeten in je levensboek verwerkt zijn:

 

 

 

13

Baby

 

 

 

14

Peuter

 

 

 

15

Basisschoolkind

 

 

 

16

Puber

 

 

 

17

Adolescent

 

 

 

18

Volwassene

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Vorm :

 

 

 

19

De voorkant heeft een persoonlijk karakter

 

 

 

20

Het levensboek is overzichtelijk ingedeeld

 

 

 

 

Sociaal document:

Onderzoek de invloed van de omgeving op het leven van een klasgenoot door het maken van een sociaal document.

Kies in overleg met de docent een klasgenoot waarover je het sociaal document gaat maken.

Hoofdstuk 1:

Geef in het document een beeld van de persoonlijke situatie van de klasgenoot:

 

Hoofdstuk 2:

Geef in het document een beeld van de invloed van de samenleving op het leven van de klasgenoot:

 

De informatie je die nodig hebt om aan de criteria te voldoen kun je door middel van een interview met de klasgenoot achterhalen.