Het bezittelijk voornaamwoord
De naam zegt het al, deze woorden geven het bezit aan.
Afhankelijk van het geslacht van het zelfstandig naamwoord krijgt het bezittelijk voornaamwoord wel of geen uitgang -e.
Hier zie een overzicht van alle mogelijke varianten van het bezittelijk voornaamwoord in het Duits.
Ich du er sie es wir ihr sie Sie (U)
Bezit mein(e) dein(e) sein(e) ihr(e) sein(e) unser(e) euer(eure) ihr(e) Ihr(e)
De regel:
Bij alle vrouwelijke zelfstandige naamwoorden en meervoudsvormen krijgt het bezittelijk voornaamwoord een uitgang -e.
Voorbeeld: Die Mutter (is een vrouwelijk zelfstandig naamwoord)
bezittelijk: Meine Mutter..., deine Mutter, seine Mutter... enz.
meervoud: Meine Kinder (mv), Seine Taschen..... enz.
Bij mannelijke en onzijdige zelfstandige naamwoorden krijgt het bezittelijk voornaamwoord geen uitgang -e.
Voorbeeld: Der Mann (is een mannelijk zelfstandig naamwoord)
bezittelijk: Mein Mann, dein Mann, sein Mann, unser Mann... enz.
onzijdig: Das Kind (onzijdig zelfstandig naamwoord)
bezittelijk Mein Kind, sein Kind, unser Kind, ihr Kind.... enz.
De bovenstaande regel is ook toe te passen bij de onbepaalde lidwoorden. In het Nederlands zijn dat: een en geen. In het Duits: ein of kein.
Voor meer uitleg kijjk naar de video.
bezittelijk voornaamwoord https://www.youtube.com/watch?v=ylviBrULmj4