Bekijk in de atlas een kaart van lage-lonen-landen.
Noteer dit in je logboek.
Maak een lijst van producten die je op een dag gebruikt (zoals in stap 1).
Noteer bij alle producten in welk land ze zijn gemaakt.
Als je het niet weet kun je winkels bezoeken om het antwoord te vinden of op internet zoeken.
Maak een spreidingskaart van je resultaten.
Geef ook aan waarom de producten in het buitenland zijn gemaakt.