Stijlfiguren gebruik je om indruk te maken op een luisteraar of lezer.
Het zijn middelen om dat wat je wilt zeggen, treffender of sterker uit te drukken.
Er zijn veel verschillende soorten stijlfiguren die je kunt gebruiken.
In deze opdracht ga je aan de slag met de stijlfiguren herhaling, pleonasme en tautologie.
Bestudeer de Kennisbank over dit onderwerp.
![]() |
Herhaling, tautologie en pleonasme |
In de volgende zinnen wordt de stijlfiguur ‘herhaling’ toegepast.
|
Bekijk de video. Hierin wordt uitgelegd in welke gevallen je een pleonasme of een tautologie kunt gebruiken en in welke gevallen niet.
Lees nu ook de uitleg in het volgende artikel.
Twee keer hetzelfde zeggenEen goede tautologie of pleonasme geeft je tekst meer betekenis. PleonasmeEen ronde cirkel of het natte water. Het zijn voorbeelden van pleonasmes. Toch is een pleonasme vaak een stijlfout. TautologieDe tautologie is te vergelijken met een pleonasme. Alleen zijn het hier twee dezelfde soorten woorden die hetzelfde zeggen. Ook dit stijlfiguur kun je goed toepassen, maar let op: een fout is zo gemaakt. |
Maak nu de volgende oefening.