Alcoholen zijn verbindingen met een OH groep in de keten. Een alcohol heeft de uitgang ol.
Ethanol is het alcohol dat in je drankje zit. In dit molecuul hoef je de plaats van de OH groep niet aan te geven. Je begint met tellen op de plaats waar de OH groep zit. Dat is altijd op plaats 1.
Hierboven is de langste keten een pentaan. Omdat er een OH groep aan zit wordt de uitgang ol, dus pentanol. De OH groep zit op de 2e plaats. dus 2-pentanol.
Een speciale groep alcoholen is de OH groep aan een aromaat. Dit wordt geen benzanol genoemd maar fenol.