Uitwerking
Uitwerking opdracht V1:
Aanpak:
- De eerste en de vijfde sport zijn al getekend.
- Om de tweede, derde en vierde sport te kunnen bepalen, teken je eerst de verdwijnpunten van de ladder.
- Halveer de ladder door de diagonalen te tekenen. Je hebt nu de derde sport te pakken. Dat zijn de groene (hulp)lijnen in de tekening.
- Teken nogmaals de diagonalen om de andere twee sporten te bepalen.
- Voor de tweede sport teken je diagonalen vanaf de eerste sport tot de derde sport. Dat zijn de paarse (hulp)lijnen.
- Voor de vierde sport teken je diagonalen vanaf de derde sport tot de vijfde sport. Dat zijn de oranje (hulp)lijnen.

Uitwerking opdracht V2:
Aanpak:
- Beschouw lijn AB als één van de diagonalen van een parallellogram.
- Teken twee verdwijnpunten P en Q op de horizon.
- Trek de lijnen PA, PB en de lijnen QA en QB.
- De lijn PA is evenwijdig aan PB (zelfde verdwijnpunt P) en de lijn QA is evenwijdig aan QB (zelfde verdwijnpunt Q).
- Noem de snijpunten van deze lijnen C en D. Je hebt nu het parallellogram ADBC gevonden.
- Teken de ontbrekende diagonaal CD in parallelogram ADBC.
- Het snijpunt M ligt op het midden van AB. (De diagonalen van een parallellogram snijden elkaar middendoor.)
