Wanneer je in een cafetaria een kroket bestelt, krijg je er meestal een zakje mosterd bij. Op zo'n zakje staat onder andere de volgende tekst: Ingrediënten: natuurazijn, mosterdzaden, zout, suiker, kruiden en specerijen.
Kees en Karel willen onderzoeken hoeveel natuurazijn is gebruikt bij het maken van deze soort mosterd.
Ze brengen 3,0 gram mosterd in een bekerglas. Zij voegen er een beetje water aan toe, waardoor in het bekerglas een suspensie ontstaat. Ze filtreren de verkregen suspensie en vangen het filtraat op.
Het residu in het filter spoelen ze na met water. Het filtraat dat ze daarbij verkrijgen, vangen ze weer op.
Ze voegen beide filtraten bij elkaar en vullen met water aan tot 50 mL. Met dez kleurloze oplossing, die ze oplossing A noemen, doen ze hun proeven.
Kees en Karel brengen 10 mL van oplossing A in een erlenmeyer, voegen een paar druppels fenolftaleïen toe en druppelen 0,060 M natronloog toe.
Nadat ze 3,1 mL natronloog hebben toegevoegd, kleurt de fenolftaleïen de oplossing roze.
Ze mogen aannemen dat nu al het azijnzuur heeft gereageerd.
Natronloog en azijnzuur (ethaanzuur) reageren met elkaar in de molverhouding 1:1.
.
Tijdens het toedruppelen van het natronloog bleek de kleurloze oplossing langzaam geel te worden.
Kees en Karel zijn verrast door het ontstaan van de gele kleur. Ze nemen opnieuw een klein beetje van oplossing A en druppelen natronloog toe. De oplossing wordt weer geel. Na toevoegen van enige druppels zoutzuur verdwijnt de gele kleur weer.
Oplossing A bevat dus een indicator. Kees en Karel willen meer weten over deze indicator. In een boek vinden ze dat het verkleuren van een indicator te maken heeft met het evenwwicht:
Kees en Karel vermoeden dat de indicator uit het mosterdzaad afkomstg is. Om dit te onderzoeken kopen ze wat van dit zaad.