Aussehen

  1. Open de StudioWozzol-lijst neem Aussagen A deze over.
  2. Oefen en leer de zinnen met Wozzol.

Neem de linkerkolom over in je schrift. Persoon A stelt vragen aan persoon B over het uiterlijk.
Schrijf de antwoorden in de juiste volgorde in de rechterkolom.
 
Persoon A Persoon B
1 Wie groß bist du? a Ja, ich war gestern beim Friseur.
2 Welche Augenfarbe hat er? b Ja, weil sie viel Sport treibt und gesund isst.
3 Hast du eine Brille? c Danke, du aber auch!
4 Hast du eine neue Frisur? d Nein, ich habe Kontaktlinsen.
5 Gught siehst du aus! e Er hat graue Augen.
6 Sie hat eine gute Figur. f Ich bin 1,68 Meter.

 

  1. Open de StudioWozzol-lijst Wortschatz A en neem deze over.
  2. Oefen en leer de woorden met Wozzol.

 

Oefening 2
Sleep in deze oefening de woorden bij de passende omschrijving.

Oefening 3: Wie is dat?
In deze oefening ga je een spelletje spelen.

  1. klik op de link Wer ist das?
  2. Klik op 'Start'.
  3. Luister naar en lees de beschrijving van de persoon.
  4. Sleep de juiste afbeelding naar de stip bij de beschrijving.

 

  1. Open de StudioWozzol-lijst Wortschatz B en neem hem over.
  2. Oefen en leer de woorden met Wozzol.

 

Oefening 4
Benoem de lichaamsdelen van de robot.


  1. Open de link.
  2. Klik op 'Start' en daarna op het rode 'Play'-pijltje en beweeg zo de robot.
  3. Klik op 'Pause' en op een lichaamsdeel. Je hoort wat het is.
  4. Tik het woord in het bijpassende invulveld en klik op 'Check'.
  5. Herhaal tot je alle lichaamsdelen hebt gehad.

 

Ten slotte ....
Controleer je antwoorden.