Situatie:
Binnenkort wordt er in Duitsland een film gemaakt over de vraag hoe onze wereld er over dertig jaar uit zal zien.
Hoe wij mensen dan leven en met elkaar omgaan.
Welke problemen we dan zullen hebben en wat we tegen die tijd op verschillende gebieden zoals:
milieu, onderwijs, economie, gezondheidszorg, techniek, politiek, internationale samenwerking zullen hebben bereikt.
Omdat het niet alleen een wetenschappelijk verhaal moet worden,
willen de makers van de film heel veel ideeën van verschillende bevolkingsgroepen verzamelen, zo ook van leerlingen.
Dat past mooi bij het thema dat jullie net bij Duits hebben behandeld!
Daarom doet jullie klas mee aan het project.
Welkom bij de gereedschapskist. Hier vind je uitleg over alle werkvormen waarmee je je eindproducten maakt. Bij iedere werkvorm staat beschreven hoe je deze uitvoert, kun je inspiratiefilmpjes bekijken en vind je de beoordelingscriteria waaraan jouw product moet voldoen. Ook zie je welke digitale middelen je kunt gebruiken en aan welke vaardigheden je werkt tijdens het maken van je eindproduct. Veel succes!
Entscheidung - Beslissing
Je kunt deze opdracht op twee manieren uitvoeren.
Eerste opdracht is dat jullie als gehele klas gaan kiezen voor Variant A of voor Variant B.
Elke leerling leest zelf de instructie voor beide varianten.
Variant A
Elke leerling werkt voorlopig apart.
Je bedenkt zelf hoe volgens jou de wereld er over dertig jaar uit zal zien en je verwerkt je ideeën in een Duitstalige tekst.
Maak zelf illustraties of zoek bijpassende afbeeldingen.
Zorg voor een leuke vormgeving.
Later bespreken jullie de teksten in de klas.
Variant B
Je werkt in groepjes van drie leerlingen samen.
Elk groepje houdt zich bezig met één aspect van de vraag hoe de wereld er over dertig jaar uit gaat zien (bv. alleen op het gebied van onderwijs).
Samen verwerk je je ideeën in een Duitstalige tekst.
Maak illustraties of zoek bijpassende afbeeldingen.
Zorg voor een leuke vormgeving.
Vorm een groepje met drie leerlingen en zet de voor- en nadelen van de varianten op een rijtje.
Met jullie groepje bepaal je welke variant de klas moet uitvoeren.
Met de gehele klas kom je bij elkaar. Elk groepje vertelt voor welke variant ze willen gaan. De docent houdt de score bij.
De variant waar het meest voor gekozen is, wordt welke jullie allemaal gaan doen.
Stufenplan - Stappenplan
Werk volgens het stappenplan dat bij jullie keuze past.
Bedenk eerst hoe volgens jou de wereld er over dertig jaar uit gaat zien.
Maak enkele aantekeningen.
Verwerk jouw ideeën in een Duitstalige tekst van ongeveer 100 woorden.
Zorg voor een logische opbouw en maak alinea's.
Denk aan intro-middenstuk-afsluiting.
Bedenk een titel die bij het stuk past.
Gebruik zo veel mogelijk de toekomende tijd en/of de zou-vormen.
Verwerk het beeldmateriaal.
Kijk je tekst goed na en haal eventuele fouten eruit.
Als je twijfelt kun je de docent vragen je tekst na te kijken.
Vorm groepjes van drie leerlingen.
Verdeel de deelonderwerpen onder de groepjes:
milieu
onderwijs
economie
gezondheidszorg
techniek
politiek
voedsel
werk
vrije tijd
internationale samenwerking
Brainstorm in het groepje over jullie deelonderwerp.
Maak enkele aantekeningen.
Verwerk jullie ideeën in een Duitstalige tekst van ongeveer 200 woorden.
Zorg voor een logische opbouw en maak alinea's.
Gebruik zo veel mogelijk de toekomende tijd en/of de zou-vormen.
Verwerk het beeldmateriaal.
Kijk de tekst goed na en haal eventuele fouten eruit.
Präsentation - Presentatie
Hang de resultaten op in het lokaal.
Bekijk en bespreek de resultaten in de klas.
Je leraar zal je werk beoordelen.
Auswertung - Evalueren
Beheers je de stof bij het thema 'Zukunft'?
Ken je de woorden, zinnen en de grammatica?
Kun je in het Duits mondeling en schriftelijk over de toekomst en toekomstplannen communiceren?
Kies de uitspraken die op jou van toepassing zijn. Neem het schema over in je schrift en vul deze in.
een beetje
voldoende
goed
zeer goed
Ik ken de woorden bij het thema 'Zukunft'.
Ik kan Duitse woorden en zinnen correct uitspreken.
Ik kan mijn toekomstplannen beschrijven.
Ik kan toekomstplannen van anderen begrijpen.
Ik kan de grammatica correct gebruiken.
Ik kan aan iemand anders vragen stellen over zijn toekomstplannen.
Ik kan op eenvoudige vragen over mijn toekomstplannen reageren.
Ik kan mijn mening geven en beargumenteren.
Ik voel me zeker als ik Duits praat.
Ziel
Gefeliciteerd, je hebt het doel gehaald! Je hebt alle opdrachten gemaakt en hopelijk veel geleerd.