Berufsorientierung

Weet jij al wat je later wilt worden?
Het is best lastig nu al zo’n belangrijke beslissing te nemen.
Die beslissing kan tenslotte je hele leven, je toekomst, beïnvloeden.

Op de website van de Bundesagentur für Arbeit vind je veel nuttige informatie.
De Bundesagentur für Arbeit is in Duitsland de instantie die mensen helpt (weer) werk te vinden.
Voor scholieren is de Bundesagentur für Arbeit ook erg belangrijk.
Je kunt er veel nuttige informatie krijgen over:

In de volgende oefeningen lees je enkele teksten.
Je denkt na over je eigen beroepskeuze.

 

Übung 1: Zelfkennis

  1. Lees de inleiding en de eerste alinea van het
    Worddocument: Sich selbst kennenlernen .
  2. Vertaal de onderstreepte woorden.
    Schrijf de vertaling in je schrift. Je hebt ze nodig om de tekst goed te begrijpen.
  3. Wat betekenen de vijf vragen in de tekst?
    Schrijf de zinnen uit het tekstblokje over in je schrift.
    Vertaal de zinnen.

     

    1. Was kann ich besonders gut?
    2. Was mag ich?
    3. Was mag ich gar nicht?
    4. Was macht mir besonders Spaß?
    5. Weswegen wurde ich schon gelobt?

 

Übung 2: Het stappenplan

  1. Lees de rest van de tekst. Worddocument: Sich selbst kennenlernen
  2. In de tekst lees je over vijf stappen die je moet nemen om jezelf beter te leren kennen.
    Welke zijn dat? Schrijf de stappen uit het tekstblokje over in je schrift.
    Vul de lege plekken in.
    Dit doe je in het Nederlands

     

    • stap 1: een lijst met ... van jezelf maken
    • stap 2: ... vragen om ook zo’n lijst over jou te maken
    • stap 3: de lijsten ...
    • stap 4: ... als er verschillen zijn
    • stap 5: nagaan of de inschatting klopt en eventueel ...

 

Übung 3: Caroline
Bekijk alleen de titel, de inleiding en de opbouw van het
Worddocument: Richtig gelandet .
Beantwoord de vraag.

 

  1. Wat voor soort tekst is dit?
    1. een beroepskeuzetekst
    2. een interview
    3. een verslag


Übung 4: Caroline - Lezen
Lees nu het gehele Worddocument: Richtig gelandet .
Voor het gemak hebben we in de tekst vast wat woorden voor je vertaald.
Beantwoord de volgende vragen in het Nederlands in je schrift.

  1. Hoe heeft Caroline de passende opleiding gevonden?
  2. Hoe wist Caroline wat haar sterke punten zijn?
  3. Wat moet Caroline tijdens de opleiding allemaal doen?
  4. Welke eigenschappen zijn belangrijk in Caroline's beroep?
  5. Hoe kun je volgens Caroline erachter komen wat je sterke punten zijn?

 

Ten slotte ...
Controleer je antwoorden.