Grammatik: Wiederholung

Wiederholung: vervoeging en tijden
Je hebt al geleerd om Duitse werkwoorden te vervoegen.
Je kent:

In dit onderdeel ga je alles nog eens herhalen.

Übung 1: Tegenwoordige tijd
In de volgende oefening herhaal je de tegenwoordige tijd.

 

Übung 2: Voltooid tegenwoordige tijd
De voltooid tegenwoordige tijd noemen we ook wel de vtt?
Doe de oefening om je kennis te testen.

Übung 3: Onvoltooid verleden tijd
Weet je de vormen van de onvoltooid verleden tijd nog?
De onvoltooid verleden tijd noemen we ook wel ovt.

Schrijf de zinnen uit het tekstblokje over in je schrift.
Vul het werkwoord in de ovt in.

 

haben Simone ... noch nie einen Freund.
sein Meine Eltern ... zuerst nur befreundet.
sein ... du schon mal in Amerika?
werden Wir .... schnell ein Paar.
haben ... du schon mal eine längere Beziehung?


Probleme? - Problemen?
Vond je de oefeningen lastig of wist je niet meer hoe je de werkwoordsvormen moest maken?
Herhaal dan eerst deze grammatica voordat je met de nieuwe grammatica verder gaat.

Ten slotte ...
Controleer je antwoorden van oefening 3.