Inleiding

In het examen zitten teksten die best lang zijn maar waar maar één vraag bij hoort.
Je hoeft dan maar één gegeven in de tekst te vinden. Vaak zijn het folders, (bioscoop)agenda's, inhoudsopgaves, overzichtspagina's, Wikipedia-artikelen enz.
Het is dan onverstandig om bij dit soort vragen de hele tekst uitgebreid te lezen.
Je zoekt doelgericht naar de gevraagde informatie.
Met andere woorden: je scant de tekst om de gevraagde informatie te vinden. Daarom kun je deze leesstrategie ook scannend lezen noemen.

Bij dit soort teksten lees je altijd eerst de vraag.
Daarna bekijk je de titel, plaatjes, tussenkopjes en woorden met een andere opmaak (vet, cursief enz.).
Bedenk onder welk tussenkopje het antwoord op de vraag zou kunnen staan.
Lees alleen het stukje waarin volgens jou het antwoord staat.

Voorbeeld
Open de tekst: Bijlage voorbeeld

Je leest eerst de vraag.
Je moet dus te weten komen of er op de beurs een afdeling is voor aquariumliefhebbers, en zo ja, waar die is.
Je scant de tussenkopjes en vetgedrukte woorden.
Pas bij het woord 'Heimtiermesse' zie je een link met de vraag (tier = dier, dus iets met dieren).
Het woord 'Aquarien' (= aquariums) in dezelfde zin bevestigt jouw vermoeden.
Dus ja, de beurs heeft iets aan aquariumliefhebbers te bieden.
Dat deze afdeling in hal 15 zit, is nu niet meer te missen.

Je schrijft dus op: ja, in hal 15.