Spreekbeurt 7-8

Schule und Zukunft
Je vertelt over school en over je toekomstplannen.
- Zeg dat je op het Stevincollege zit.
- Vertel dat je in de 4e klas van het vmbo zit.
- Zeg dat je dit jaar examen doet.
- Zeg dat je Nederlands moeilijk vindt. Daar sta je een 5 voor.
- Zeg dat je lievelingsvak Lichamelijke opvoeding is en dat Nederlands je 'haatvak' is.
- Vertel dat de leraar techniek je lievelingsleraar is omdat hij je veel kan leren.
- Zeg dat je hoopt dat je slaagt.
- Vertel dat je automonteur wilt worden.
Schule und Zukunft - 2
Maak nu een spreekbeurt over je eigen school en je toekomstplannen.
Verwerk daarin de volgende gegevens:
- op welke school en in welke klas je zit
- dat je dit jaar examen doet
- wat je lievelingsvak is en welk vak je helemaal niet leuk vindt
- wie je lievelingsleraar is en waarom
- dat je hoopt te slagen
- wat je wilt worden/waar je later wilt werken
Schrijf nog minimaal drie andere zinnen op met informatie over vakken of andere dingen die met je school of je vervolgopleiding te maken hebben.
Houd de spreekbeurt in de klas of in een groepje.
Ferien
Je vertelt iets over je laatste vakantie.
- Zeg dat je in de zomer met je ouders in Italië bent geweest.
- Vertel dat jullie met de auto naar Italië zijn gegaan en dat jullie onderweg in Oostenrijk hebben overnacht.
- Vertel dat het weer goed was: elke dag zon en zo'n 20 graden, alleen één keer heeft het geregend.
- Vertel dat jullie leuke uitstapjes hebben gedaan en dat jullie veel leuke stadjes hebben gezien.
- Vertel dat je vaak in het meer hebt gezwommen.
- Vertel dat jullie een keer fietsen hebben gehuurd en een fietstocht hebben gemaakt.
- Zeg dat het eten super lekker was, dat je veel pasta en ijs hebt gegeten.
- Zeg dat het een hele mooie vakantie was.
Ferien - 2
Maak nu een spreekbeurt over je eigen vakantie.
Verwerk daarin de volgende gegevens:
- wanneer en met wie je waar bent geweest
- hoe jullie daar naartoe zijn gegaan
- hoe lang jullie daar zijn gebleven
- waar jullie hebben gelogeerd
- hoe het weer was
- wat je allemaal hebt gedaan (minimaal 4 verschillende activiteiten)
- wat je leuk/niet leuk vond
- hoe je de vakantie in totaal is bevallen
Schrijf nog minimaal drie andere zinnen op met informatie over je vakantie.
Houd de spreekbeurt in de klas of in een groepje.
Ten slotte...
Controleer je antwoorden onderaan het thema bij 'Antworten'.