Inzaaien van een gazon, wat moet je doen?

periode

Vanaf half maart tot begin juni of in het najaar vanaf september tot eind oktober kan je een gazon inzaaien. Je  bent altijd afhankelijk van het weer. Het mag niet te warm maar ook niet te koud zijn. In de meeste jaren is het najaar de ideale periode dankzij de matige temperatuur en een hogere neerslaghoeveelheid. Ook in het voorjaar kan je zaaien, maar in deze periode groeit onkruid sneller en is er meer kans op grondvorst. Zaaien doe je bij voorkeur op een windstille dag en bij regenachtig weer.

 

Grondbewerking

Als er onkruid staat moet je dat eerst verwijderen. Dit kan door te schoffelen, spitten of frezen. Gebruik liever geen onkruidbestrijdingsmiddel. Dit is slecht voor het milieu en daarnaast moet je enkele weken wachten tot het is uitgewerkt voor je kunt zaaien.

Na het spitten of frezen is de grond goed los. Je kunt met een wals de grond wat aandrukken. Dit kan voor kleinere oppervlaktes ook heel goed door de grond met je voeten aan te trappen. Egaliseer daarna de grond met een egaliseerhark.

Om duidelijk de grenzen van het gazon aan te geven maak je met een steekschop een kielsteek. Daarvoor steek je langs een tuinlijn met de steekschop zodat een ondiepe geul ontstaat.

 

Inzaaien

Bij handmatig inzaaien gebruik je 2 tot 3 kg graszaad per 100m2. Omdat machinaal inzaaien veel nauwkeuriger is heb je maar 1,5 tot 2 kg graszaad nodig per 100m2.

Zorg er altijd voor dat je iets meer graszaad koopt dan je meteen nodig hebt. Je kunt slecht plekken dan later altijd nog bijzaaien.

Als je handmatig werkt is het vaak handig om het zaad in een kleine emmer te doen. Meng het zaad met wat scherp zand. Daarmee wordt de verdeling van het zaad wat nauwkeuriger. Neem het zaad in de hand en strooi het over de grond. Verdeel het zo goed mogelijk. Zaai eerst een keer in de lengte en daarna nog een keer in de breedte.

Hark vervolgens het graszaad in de grond. Dit kan je het beste diagonaal doen. Doet dat ook een keer in de lengte en in de breedte.

De laatste stap is het aanwalsen van de ingezaaide grond. Daarmee maakt het zaad goed contact met de grond en kiemt makkelijker.

Zorg na het zaaien dat het perceel goed vochtig blijft.

 

De eerste keer maaien

Als het gras ongeveer 10 cm hoog is kun je voor de eerste keer maaien. Zorg dat je niet korter maait dan 3 tot 4 cm. Later kan je wat korter maaien. Maai wel met scherpe messen en het liefst met een kooimaaier. Je voorkomt dat je het gras uit de grond trekt met de maaimachine.