Stap 4: De lever en de spijsvertering

De lever en de spijsvertering
Je weet dat de lever stoffen ontvangt uit de bloedsomloop en via de poortader uit de darmen.
De lever geeft bovendien stoffen af via het bloed en via de darm.
De lever is onze chemische fabriek bij uitstek. Je kijkt nu naar de rol van de lever bij de afbraak van eiwitten en de regeling van het bloedsuikergehalte.

Lees Kennisbank:

Lever en stofwisseling


Organen
Maak een groepje van 8 klasgenoten. Maak vier keer tweetallen en kies per tweetal één van de volgende twee opdrachten.
Zorg ervoor dat het andere tweetallen de resultaten van de opdracht ook krijgen.

  1. Afbraak van eiwitten
    De lever en de nieren spelen elk een eigen rol bij de verwerking van eiwitten.
    Maak een ‘woordweb’ met het begrip ureum als middelpunt.
    Leg met het woordweb uit welke rol de lever en nieren spelen.
  2. Regeling van het bloedsuikergehalte
    Glucose in de urine is vaak geen goed teken.
    Het zegt iets over het functioneren van je nieren (zie module 1).
    Maak een schema waarmee je duidelijk uitlegt welke functies de lever heeft bij de regeling van het bloedsuikergehalte.
    Gebruik Kennisbank:

    Regelkringen: eetlust

  3. Eiwitten in urine
    Troebele urine kan wijzen op eiwitten die in je urine zitten.
    Maak een schema waarmee je uitlegt op welke manier aminozuren uit je voedsel in de lever omgezet worden in eiwitten.
    Leg uit hoe die eiwitten in je urine zouden kunnen komen.
  4. Osmotische waarde en diffusie

    Ureum en glucose zijn beide stoffen die de osmotische waarde van je bloed kunnen beïnvloeden.
    Leg uit welke gevolgen een verhoogd ureum en glucose concentratie hebben op
    -de osmotische waarde van het celvocht in je rode bloedcellen.
    -de diffusie van zuurstof in en uit de rode bloedcellen.

Laat jullie antwoorden controleren door jullie docent. Wissel de antwoorden daarna met elkaar uit.