Als eindopdracht ga je in deze stap ga je fictieautobiografie afmaken.
Voorkant: Maak een voorkant die past bij jouw fictieautobiografie.
Je kunt bijvoorbeeld afbeeldingen verwerken van boeken die jij leuk vindt.
Op de voorpagina moet minimaal je naam, klas en docent staan.
Inhoudspagina: Maak een inhoudspagina. Iedere stap van deze opdracht is een apart hoofdstuk.
Hoofdstukken: Je hoofdstukken bestaan uit de antwoorden die jij op de vragen hebt gegeven.
Verhaal: Maak een goedlopend verhaal van de antwoorden op de vragen.
Maak complete zinnen en zorg dat het verhaal een geheel wordt.
(Kijk eventueel nog eens naar het voorbeeld in stap 1.) Schrijf dus niet alle vragen op in je biografie.
Volgorde: Per hoofdstuk mag je zelf weten in welke volgorde je je antwoorden op de vragen laat terugkomen.
Paginanummering: Vergeet niet je pagina's te nummeren.
Klaar?
Als je klaar bent, lees je je fictieautobiografie nog een keer helemaal door.
Daarna lever je het document in bij je docent. Hij of zij beoordeelt je verslag.
Beoordeling
Bij de beoordeling wordt gelet op de volgende punten:
Heb je in je fictieautobiografie alle antwoorden op de vragen verwerkt?
Heb je je ervaringen met fictie voldoende toegelicht?
Heb je de autobiografie overzichtelijk ingedeeld?
Heb je bij de verwerking bovengenoemde punten toegepast?
Ziet je verslag er verzorgd uit en is te zien dat je creatief bent geweest?
Heb je gebruikgemaakt van afbeeldingen om je autobiografie te verduidelijken?
Bevat je fictieautobiografie niet te veel taalfouten?