Maaien.
Als je op braak (kaal) terrein niets doet, zullen er vanzelf (on)kruiden gaan groeien. Daarna zie je struiken en pioniersbomen. Uiteindelijk groeit er bos. Nadat de bomen door ouderdom sterven krijg je een kale plek, Hierop groeien weer kruiden... (enzovoort) Dit proces noemen we successie. Door te maaien sturen we dit proces. Gras kan goed tegen betreden, evenals tredplanten. Bij 1x per jaar maaien op een terrein zie je dat er zich een kruidenvegetatie ontwikkeld. Bij vaak maaien hou je alleen grassen en tredplanten over. Hoe vaak je een terrein maait is dus afhankelijk van het doel en gebruik. Bermen worden ongeveer 3x per jaar gemaaid, gazons 26x per jaar en op bepaalde stukken op de golfbaan kan dit oplopen tot wel 300 x per jaar maaien!
Bij bodemkunde heb je geleerd dat planten pas groeien zodra het bodemleven actief is. Bij een bodemtemperatuur van 5 graden Celsius gaat gras groeien. G(rasg)roei is afhankelijk van de temperatuur en de hoeveelheid vocht. In de tabel zie je het effect van deze 2 onmstandigheden. In Nederland kun je zeggen dat gras begint te groeien in april. In mei heb je de eerste groeipiek. Daarna neemt de groei af. Zeker in droge periodes. In augustus/september komt er een tweede groeipiek. Het gras groeit wel minder hard dan in mei. Eind oktober zal het gras in rust gaan. Een siergazon groeit ongeveer een half jaar. Per week wordt het gras gemiddeld 1x per week gemaaid. Een jaar heeft 52 weken. Vandaar 26x per jaar maaien. De green op de golfbaan wordt grote delen van het jaar dagelijks gemaaid.