beschrijf je verschillen en overeenkomsten tussen organen en orgaanstelsels van de mens en verschillende diersoorten.
licht je de bouw, werking en functie van de gaswisselingsorganen van eukaryoten, in het bijzonder de mens, toe met aandacht voor de relatie tussen de bouw en functie.
beschrijf je de longventilatie en de regeling ervan.
beschrijf je op welke wijze opname, transport en afgifte van CO2 en O2 plaatsvindt en wat de rol van hemoglobine daarbij is.
beschrijf je wat bij de mens de kenmerken en functies zijn van orgaanstelsels voor ademhaling.