Arzneimittel

Als je in het buitenland ziek wordt, hoef je niet meteen naar de dokter. Als het niet zo erg is, kun je een passend medicijn bij de apotheek kopen. Dan moet je natuurlijk wel de bijsluiter kunnen lezen en begrijpen.

Übung 1: Schnupfen
Op jullie camping is er een supermooi zwembad. Waarschijnlijk ben je er wel te lang in geweest gisteren, want nu ben je verkouden.
In de apotheek heb je neusdruppels gekocht.

  1. Lees de bijsluiter.
  2. Maak de opdracht.

 

  1. Is het medicijn geschikt voor jongeren van jouw leeftijd?
    1. Ja
    2. Nee
    3. Staat niet vermeld in de bijsluiter
  2. Is het medicijn geschikt voor jouw broertje van drie?
    1. Ja
    2. Nee
    3. Staat niet vermeld in de bijsluiter
  3. Hoe vaak mag je dit medicijn maximaal per dag gebruiken?
    1. 1 keer
    2. 2 keer
    3. 3 keer
  4. Hoeveel druppels moet je per keer in elk neusgat doen?
    1. 1-2 druppels
    2. 3 druppels
    3. 5-7 druppels
  5. Hoe lang mag je het medicijn maximaal gebruiken?
    1. 1-2 dagen
    2. 4-6 dagen
    3. 5-7 dagen
 

 

Übung 2: Halsschmerzen
Je neusverkoudheid is al bijna over, maar nu heb je keelpijn!
Weer ga je naar de apotheek voor een medicijn.

  1. Lees de bijsluiter.
  2. Hoe moet je dit medicijn gebruiken? Schrijf het in het Nederlands in je schrift.

Ten slotte... 
Controleer je antwoorden onderaan het thema bij 'Antworten'.