Inleiding

Zoekend lezen = scannend lezen
In het examen zitten teksten die best lang zijn maar waar maar één vraag bij hoort.
Er wordt gevraagd naar concrete informatie. Bijv. Hoe laat gaat het museum open? Wat kost een
kaartje voor kinderen onder de 10 jaar? Welk huismiddeltje wordt aangeraden als je misselijk bent?

Je hoeft dan dus maar één gegeven in de tekst te vinden. Vaak zijn het folders, (bioscoop)agenda's, inhoudsopgaves, overzichtspagina's, Wikipedia-artikelen enz.
Daarom is het onverstandig om bij dit soort vragen de hele tekst uitgebreid te lezen.
Je zoekt doelgericht naar de gevraagde informatie. Met andere woorden: je scant de tekst om de gevraagde informatie te vinden. Daarom noem je zoekend lezen ook wel scannend lezen.

Je leest bij dit soort teksten altijd eerst de vraag. Vervolgens bekijk je de titel, plaatjes, tussenkopjes
en woorden met een andere opmaak (vet, cursief enz.).
Bedenk onder welk tussenkopje het antwoord op de vraag zou kunnen staan.
Lees alleen het stukje waarin volgens jou het antwoord staat.