7. Schaal

Een kaart is altijd een afbeelding van een stuk van het aardoppervlak. Die afbeelding is nooit op ware grootte: wat je op de kaart ziet, is altijd kleiner dan de werkelijkheid. Om Europa op een kaart te krijgen moet je dat gebied veel vaker ververkleinen dan bijv. Nederland.

De schaal geeft aan hoeveel de kaart verkleind is. Bijvoorbeeld: 1 : 100.000 wil zeggen, dat 1cm op de kaart in werkelijkheid 100.000 cm is. Omgerekend is dat 1 km. (hoe reken je dat om??)

Bij sommige kaarten staat onder de schaal ook een schaalstok, een soort meetlat. Met behulp van een liniaal kun je meten hoeveel 1cm in werkelijkheid is.

Er zijn dus 2 manieren om de werkelijke afstand meten: met de schaal of met het schaalstokje. Als ze allebei staan vermeld kies dan voor de schaal, deze is meestal het gemakkelijkst.