Grammatica: woordsoorten
Leerdoel
Aan het eind van de opdracht weet je wat een persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord is.
Je kunt in teksten een persoonlijk of bezittelijk voornaamwoord aanwijzen.
Eindproduct
Je onderzoekt hoe vaak een persoonlijk of bezittelijk vnw voorkomt in een tekst.
Deze geef je een kleurtje (bv: persoonlijk roze en bezittelijk blauw)
Alleen of samen?
Deze opdracht doe je alleen.
Soms overleg je met een klasgenoot.
Tijd
Ongeveer 1 lesuur