Een koe is een sociaal dier dat van nature in groepen leeft. De aanwezigheid van soortgenoten maakt ze rustiger. Binnen ieder groep is een rangorde. Dieren die lager zijn in rang moeten de ruimte hebben om ‘hoger geplaatste’ dieren te ontwijken.
In de wei grazen koeien 4 tot 9 uur per dag, waarbij afstanden van 3 tot 4,5 kilometer worden afgelegd. Daarnaast herkauwen ze ook 4 tot 9 uur. Ze liggen per dag 8 tot 14 uur en wisselen hierbij regelmatig van zijde.
Koeien zorgen er voor dat hun huid schoon blijft. Ze kunnen met hun tong grote delen van hun lichaam bereiken. Met de staart verjagen ze vliegen. Met de achterpoten kan worden gekrabd aan kop en hals. Daarnaast likken koeien elkaar op moeilijk bereikbare plekken.
Tussen april en november lopen de meeste melkkoeien dagelijks in de wei. In de winterperiode blijven de koeien in de stal omdat er dan niet voldoende gras groeit. Zodra er in het voorjaar weer genoeg gras is kunnen de koeien naar buiten. Hoe lang de koeien per dag buiten blijven, verschilt per bedrijf en hangt ook af van het weer. Bij slecht weer blijven de koeien vaak ’s nachts in de stal. Ook worden ze naar binnen gehaald om te melken.
Sommige melkveehouders houden de koeien altijd op stal. Hiervoor zijn diverse redenen:
ze hebben niet genoeg weiland dicht bij de boerderij.
ze melken de koeien meer twee keer per dag; het is dan onhandig om de koeien steeds uit het weiland te moeten halen. bij grote aantallen koeien kost het veel tijd om de koeien naar buiten te brengen en weer op te halen. het milieu wordt minder belast, omdat de koeien hun mest niet op het weiland achterlaten.