Wat is de bedoeling?
Stel je voor dat jij Joods bent en leeft in Nederland tijdens de bezetting van Nederland door de Duitsers van 1940 tot 1945. Er verandert veel voor je. Alle Joden moeten zich laten registreren en vanaf 1942 worden veel Joden opgepakt en vervoerd naar kamp Westerbork om vervolgens weer verder vervoerd te worden naar andere concentratiekampen. Veel Joden deden wat hen werd opgedragen, maar sommige Joden kozen ervoor om onder te duiken. Dit was niet zonder gevaar, want de kans dat je ontdekt of verraden werd was altijd aanwezig. Het onderduiken zelf was niet bepaald fijn te noemen. Vaak zat je in een klein kamertje verstopt met meerdere mensen of alleen. Veilig voelen deed je, je niet. Met mensen praten kon vaak niet, omdat je zo min mogelijk geluid moest maken. Je zat totaal afgesloten van de buitenwereld. Soms moesten Joodse kinderen hun identiteit en uiterlijk veranderen en een andere naam aannemen zodat ze niet herkend zouden worden als iemand ze toch per ongeluk zou zien. De angst dat je ontdekt of verraden zou worden was elke dag aanwezig. Sommige onderduikers probeerden hun gedachten, gevoelens en emoties van hun af te schrijven in een dagboek. Het dagboek van Anne Frank is daar een goed voorbeeld van.
In deze opdracht probeer je, je in te leven in een Joodse onderduiker. Vanuit die inleving schrijf je een stukje in een dagboek. Je verplaatst je in deze persoon en wat hij/zij allemaal heeft meegemaakt. Het is moeilijk om precies te weten hoe iemand zich precies voelde en wat iemand precies heeft gedacht in bepaalde situaties, maar we kunnen ons wel proberen te verplaatsen in diegene en te bedenken; hoe zou diegene zich op dat moment hebben gevoeld? Wat waren zijn angsten en emoties? Waar dacht deze persoon op dat moment aan?
We schrijven niet een fictief stuk wat dus compleet verzonnen is. Via een link die vermeld staat in de de bronnen ga je kennismaken met verschillende Joodse onderduikers en leer je hun verhaal kennen. Dit verhaal gaat over de tijd die ze hebben doorgebracht tijdens het onderduiken en wat ze tijdens deze periode allemaal hebben meegemaakt. Deze gebeurtenissen gaan je kader vormen voor je dagboek. Aan de hand van de gebeurtenissen van je hoofdpersoon ga je, je proberen te verplaatsen in wat diegene heeft gedacht en gevoeld op dat moment. Je probeert zo goed mogelijk in de huid van een Joodse onderduiker te kruipen.
De opdracht:
Tip: Bij de werkwijze staan de stappen die je moet volgen. Voordat je begint met schrijven bestudeer je het beoordelingsformulier zodat je precies weet waar jouw opdracht aan moet voldoen. Voor vragen kun je natuurlijk bij de docent(e) terecht.