Het werkwoordelijk gezegde - opmerkingen
Opmerking 1: Als een werkwoord gesplitst is, horen beide delen bij het werkwoordelijk gezegde.
Voorbeeld: Let maar niet op mij. wg= let op
Opmerking 2: Bij sommige werkwoorden hoort altijd een wederkerend voornaamwoord. Dat woord hoort dan bij het werkwoordelijk gezegde.
Voorbeeld: Hij vergist zich in deze som. wg= vergist zich
Verzin bij iedere opmerking hierboven een ander voorbeeld.
Vergelijk de zinnen met de zinnen van een klasgenoot.
Vindt je klasgenoot in jouw zinnen gemakkelijk het werkwoordelijk gezegde?
Vind jij in zijn/haar zinnen gemakkelijk het werkwoordelijk gezegde?