Het toepassen van de theorie

Je gaat nu aan de slag met het toepassen van de kennis die je tijdens de voorbereiding van deze les hebt opgedaan. 

Hieronder vind je diverse vragen, opdrachten en oefeningen. Het is de bedoeling dat je in de les hiermee aan de slag gaat. De eerste opdracht zal klassikaal worden nabesproken. Voor de overige onderdelen heb je 25 minuten de tijd.

Opdracht 1

De volgende opdracht voer je uit via de methode Denken-Delen-Uitwisselen.

Aan het einde van de film die je ter voorbereiding op deze les hebt gekeken, wordt de volgende uitspraak gedaan: Men zegt dat de camera nooit liegt, maar onze ogen misschien wel. Wat wordt er volgens jou met deze uitspraak bedoeld?

 

Oefeningen

Oefen op Biologiepagina.nl nog eens goed met het benoemen van de onderdelen van het oog en hun functies.

Oefening Onderdelen van het oog

Oefening Vooraanzicht van het oog

Oefening Functies van de onderdelen van het oog

Vragen

Beantwoord de onderstaande vragen over de zintuigcellen van het oog.

Een nachtaapje. Bron: Biologie voor Jou, p.60

Schedel van een nachtaapje. Bron: Biologie voor Jou, p.60

  1. Bij het zien geven staafjes en kegeltjes impulsen door. Welke zintuigcellen geven impulsen door bij het zien in het licht?
  2. Welke zintuigcellen geven impulsen door bij het zien in de schemering?
  3. Is in de schemering de sterkte van het licht (de prikkelsterkte) hoger of lager dan de drempelwaarde van de kegeltjes?
  4. Nachtdieren hebben soms grote ogen (zie de afbeeldingen). Leg uit wat hier het voordeel van is.
  5. Veel nachtdieren hebben alleen staafjes in het netvlies. Geef hiervoor een verklaring.
  6. Welke zintuigcellen in het netvlies werken niet goed bij iemand die geen verschil ziet tussen een groen en een rood licht?