De basis van een spreadsheet wordt gevormd door rijen en kolommen. Op die manier ontstaat een 'ruitjesblad', waarbij ieder ruitje eigen tekst of getallen kan bevatten. Zo'n ruitje wordt een cel genoemd.
Drie zeer belangrijke mogelijkheden van spreadsheets zijn: het maken van tabellen, het kunnen rekenen m.b.v. gegevens in de tabellen en voorgedefineerde formules en het maken van grafieken op basis van gegevens in die tabellen.
Het gebruik van spreadsheets is zeer wijdverbreid. Basisfuncties die in ieder geval bekend zouden moeten zijn:
Hieronder de link naar het materiaal dat gebruikt wordt voor leerlingen
Excel maatwerk
Dit arrangement veronderstelt al enige voorkennis en gaat in op celeigenschappen, voorwaardelijke opmaak, filteren en sorteren, 'handigheidjes', formules, grafieken en draaitabellen.
Cursus Excel
Gratis cursus Peter de Smet